Ambulante volledige narcose
Met de moderne technieken en verdovingen kunnen heden ten dage bijna alle tandheelkundige behandelingen zonder pijn worden uitgevoerd. Desondanks zijn er patiënten, die gedurende de behandeling niets willen merken.
Voor deze patiënten kan de ambulante volledige narcose, ook bekend als de tandartsen narcose (ook intraveneuze verdoving genoemd) een goede oplossing betekenen. Gedurende de verdoving brengen wij de patiënten middels voortdurend gedoseerd medicijnen in de bloedvaten, ineen lichte slaapachtige en angstvrije toestand.
Met de ambulante volledige narcose ervaart de patiënt de behandelingstijd als zijnde veel korter dan in werkelijkheid, daarom is deze verdoving een ideale hulp tijdens gecompliceerde en lange behandelingen.
Ons instituut is met de gegeven personele en zakelijke middelen bereid de behandelingen onder ambulante volledige narcose uit te voeren, waardoor we vele patiënten kunnen helpen de behandelingen zonder stress uit te houden.
Wie kunnen wij de ambulante volledige narcose aanraden?
- voor patiënten met angst
- bij implantologische ingrepen
- bij overige, langere ingrepen van de kaakchirurgie
- bij patiënten met sterkere reflexen in de keelholte (pharyngeal reflex)
Waar moet men op letten in het bijzondere na de verdoving (ambulante volledige narcose)?
Om de maximale veiligheid van de patiënten te kunnen garanderen, mag men uiterlijk 5 uur voor de ingreep voor het laatst vast voedsel, respectievelijk 2 uur van tevoren vloeistof (water) tot zich nemen. De reden hiervoor is dat de waakzaamheid van het bewustzijn gedurende de verdoving achteruit gaat, waardoor hoest en slikreflexen kunnen veranderen. Na de ingreep wordt de patiënt afhankelijk van de soort en de duur van de verdoving in de kliniek geobserveerd. Alleen in een navenante toestand en onder begeleiding van een aansprakelijke volwassene mag hij naar huis gaan. In de volgende 24 uur is het niet aan te bevelen auto te rijden of belangrijke beslissingen te nemen.
In ieder geval wordt na een voorlopige consultatie met de anesthesist besloten - uiteraard afhankelijk van de gezondheidstoestand van de patiënt - of de behandeling onder intraveneuze verdoving kan worden uitgevoerd. Zodoende kunnen zelfs patiënten met hoge bloeddruk of met andere chronische ziekten gebruik maken van deze verdoving. Kinderen en zwangere vrouwen worden onder ambulante volledige narcose niet behandeld.